Stap 2 Geldbronnen
Waar vind je financiering?
Je hebt een goed beeld van hoeveel geld je organisatie nodig heeft. In deze stap oriënteer je je op de relevante geldbronnen die je financieringsbehoefte kunnen dekken. Bijvoorbeeld investeerders en fondsen, maar ook het eigen vermogen van de organisatie.
Cliché maar waar: geld lenen kost geld. Zeker als de inkomsten van je organisatie onzeker zijn, kunnen financiers hoge rentes vragen. Bestudeer de voorwaarden zorgvuldig en houd er rekening mee in je kosteninschatting.
Geldbronnen
Crowdfunding
Je kunt ook via een online campagne inkomsten of een lening werven. Als de crowdfunding succesvol is, zien andere financiers dat je een geïnteresseerd publiek hebt. Zo wek je vertrouwen. Sommige crowdfundingplatforms zijn speciaal voor leningen.
Verdiep je kennis over deze geldbron met het dossier 'Crowdfunding’.
Cultuurlening
Met een overtuigend plan kun je mogelijk ook binnen de cultuursector geld lenen. Bijvoorbeeld bij Cultuur+Ondernemen.
Verdiep je kennis over deze geldbron met het dossier 'Cultuurleningen’.
Donaties van fondsen
Ook fondsen kunnen toezeggingen tot bijdragen aan het project doen. Soms doen ze dit voorwaardelijk, waarbij ze eerst zekerheid willen zien over de definitieve doorgang van het project.
In Nederland zijn veel fondsen die ondersteuning bieden aan culturele organisaties. Met een eenmalig bedrag, maar ook via meerjarige bijdragen, voor meerdere projecten. Er zijn private fondsen en publieke fondsen van de overheid. Fondsen hebben verschillende doelen en voorwaarden. Belangrijk is dat je een projectplan schrijft dat voldoende aansluit bij het beleid van het fonds.
Verdiep je kennis over deze geldbron met het dossier 'Cultuurfondsen in Nederland’.
Eigen vermogen
Kijk of je organisatie zelf voldoende reserves heeft opgebouwd. Misschien kun je de kosten vanuit het eigen vermogen voorschieten. Vaak vindt een financier dat belangrijk: het is een teken dat je vertrouwen hebt in jullie plan. Houd wel genoeg buffer over voor risico’s en onzekerheden.
Verdiep je kennis over deze geldbron met het dossier 'Eigen vermogen’.
Garantstelling
Een financier heeft meer zekerheid dat je organisatie geleend geld kan terugbetalen, als je iemand hebt die garant staat. Voor het geval er iets misgaat. Garantstellers kunnen stakeholders zijn die geloven in je organisatie of jullie project of belang hebben bij de doorgang ervan. Je kunt soms ook via de overheid garantstelling regelen.
Informele geldschieters
Misschien zijn personen of organisaties uit jullie netwerk bereid om geld voor te schieten. Bijvoorbeeld omdat ze veel vertrouwen hebben in het verkrijgen van de resterende financiering, of waarde hechten aan het project. Of omdat ze je organisatie een warm hart toedragen. Zo’n informele geldschieter verwacht wel dat je een doordacht plan hebt, waarmee je duidelijk maakt hoe je de kosten van het project verwacht te dekken.
Verdiep je kennis met het dossier Investeerders: informele financiers en business angels.
Lening van de bank
Als je meer dan €50.000 nodig hebt, kun je ook bij een bank lenen. Bedenk wel dat een bank kritisch zal kijken naar de risico's van het project, welke andere financiers er al aan boord zijn en of er zekerheden kunnen worden verstrekt. Je krijgt dan meestal een rekening courant, die je tot een bepaald bedrag kunt gebruiken voor werkkapitaal. Met werkkapitaal kun je kosten dekken tot je inkomsten krijgt. Daarna betaal je het geld terug aan de bank. Houd er rekening mee dat de bank rente en een afsluitprovisie vraagt.
Leverancierskrediet
Je kunt met een leverancier afspreken dat je de rekening achteraf betaalt. De leverancier heeft dan bijvoorbeeld veel vertrouwen in jullie project. En er vaak belang bij dat het doorgaat. Overtuigingskracht en een goede relatie met leveranciers zijn essentieel. Besef wel dat leverancierskrediet je onderhandelingspositie naar de leverancier wat verzwakt.
Subsidies
Overheden kunnen bijdragen aan de financiering van het project met een subsidie, bijvoorbeeld omdat ze het project belangrijk vinden voor het lokale cultuuraanbod of het idee innovatief is. Dat is belangrijk voor het werven van andere (landelijke) financiers.
Verdiep je kennis over deze geldbron met het dossier 'Cultuursubsidies’.
Financiers kijken naar elkaar. Zo kan de toekenning van een overheid of een fonds een belangrijke validatie vormen voor bijvoorbeeld een informele geldschieter. Ben je daar bewust van en bepaal dus goed welke financier je als eerste benadert.
Actie Breng de geldbronnen in kaart
Voordat je financiers gaat benaderen, bepaal je welke mogelijkheden voor financiering het beste passen:
- Verdiep je in de kenmerken van de financiers en andere geldbronnen. Ga naar websites, bekijk de dossiers over financiering, of zoek bijvoorbeeld uit welke crowdfundingplatforms er zijn.
- Doe onderzoek naar de visie, voorwaarden en regelingen van financiers om te zien of jullie aanvraag ertussen past.
- Neem eventueel contact op met financiers voor vragen.
- Bepaal welke geldbronnen het meest geschikt zijn en maak een overzicht. Stel vast welke financiers je eerst gaat benaderen.
Klaar voor de volgende stap?
Heb je een goed overzicht van de mogelijke geldbronnen?
Ga dan naar stap 3, en bedenk hoe je financiers kunt overtuigen.
Deze stap is onderdeel van het stappenplan dat hoort bij Ons advies voor een project realiseren met onzekere inkomsten.
Heb je meer tijd nodig om uit te zoeken welke geldbronnen passen bij jullie situatie? Gebruik dan stap 2 als checklist. Kom je er zelf niet uit, neem dan contact op met Cultuur+Ondernemen. We helpen je graag vooruit.