Skip naar content
Skip naar content

Blog Harmen van der Hoek - Over het opstellen van een sterk meerjarenplan

In Slagkracht, brieven aan zakelijk leiders, wordt er antwoord gegeven op een prangende vraag van een zakelijk leider, door een collega-zakelijk leider. Deze persoon geeft vervolgens met het stellen van een nieuwe vraag de pen door aan een inspirerende collega. We maken in deze reeks kennis met een verscheidenheid aan zakelijk leiders die op hun eigen manier invulling geven aan hun werk. Welke dilemma's spelen er binnen de beroepsgroep? En welke visies zijn er op die diverse thema's?

Harmen van der Hoek, zakelijk directeur van NITE en Club Guy & Roni, beantwoordt de vraag van Tessa de Boer

---

Beste Tessa,

Dank voor je brief en de beschrijving van jullie hybride werkpraktijk. Ik vind het echt super inspirerend om te zien hoe jullie je zo helder ontwikkelen, zonder jullie artistieke onderzoek ook maar een seconde uit het oog te verliezen. Dat dwingt respect af voor jullie eigenheid en ondernemerschap.

In je brief vraag je hoe wij bij NITE en Club Guy & Roni in samenwerking met de artistiek directeur en artistiek team een sterk meerjarenplan opstellen met de juiste doelstellingen voor de lange termijn. Voor de mensen die ons niet kennen, wij zijn een interdisciplinair theaterhuis in Groningen met een ensemble van dansers en acteurs die samen met musici van percussiegroep HIIIT en Asko|Schonberg totaaltheater maken.

Om mijn antwoord eerst heel praktisch aan te vliegen: vaak beginnen mijn collega artistiek directeur Guy Weizman en ik twee jaar van tevoren al met het uiteenzetten van de eerste contouren.

Dat ontstaat eigenlijk vanuit twee bewegingen: de eerste is heel erg makers gedreven. Ik werk in een omgeving met een enorme verbeeldingskracht en maatschappelijk engagement. Er ligt letterlijk een boekenplank vol met artistieke concepten en nieuwe samenwerkingen die wachten op het juiste moment. De andere beweging om tot een meerjarenplan te komen is vanuit de organisatievisie. En vooral de vraag wat ons profiel als gezelschap is. Vanuit dat perspectief proberen we een kader te ontwerpen, waarin we die brede waaier aan ideeën kunnen inpassen. In dat proces beginnen we elke nieuwe kunstenplanperiode weer met een SWOT-analyse. Dus wat zijn onze sterktes en zwaktes en hoe verhouden die zich tot onze buitenwereld en de kansen en bedreigingen daarin. Daarin zoeken we steeds naar een verdere aanscherping van ons profiel, missie en visie.

Drie mensen poseren voor een foto. Op de voorgrond staat een persoon met blond haar in een maatpak. Rechts achter haar staat iemand in een roze outfit, en links van haar, gehurkt, bevindt zich een persoon met glad haar en een stropdas.
De NITE-voorstelling Ocean Breeze. Fotograaf: Sanne Peper


Veel bedrijven doen daarbij ook een uitgebreide concurrentieanalyse. Dat doen wij ook, maar noemen dit niet zo, omdat we niet zozeer ons willen richten op concurrenten, maar meer op onze positie in het veld. Dus zoekend naar onze uniciteit, betekenis en verantwoordelijkheid in het veld; de toegevoegde waarde die wij in het ecosysteem hebben en kunnen maken.

Hoewel het inmiddels een doodgetrapte beleidsterm is, vind ik het denken in ecosystemen hiervoor heel waardevol (ik had eigenlijk bioloog of ecoloog moeten worden, maar ben opgeleid in economie en kunstbeleid). Ik vind dit waardevol als tegenhanger van de meer corporate en Angelsaksische manier van denken in concurrentiematrixen om je bestaansrecht te formuleren in afkeer van de ander. In die zin past dit bij het zogenaamde Rijnlandse economische model, waarin je als onderneming meer uitgaat van je toegevoegde waarde aan de samenleving en daar je bestaansrecht uithaalt.

Op de voorgrond springt een persoon op sokken, gekleed in een roze geplisseerd gewaad, met lange haren die door de lucht zwieren. Op de achtergrond staat een groep van acht mensen in de verte toe te kijken. Aan het plafond achter hen hangt een grijze plaat.
De dansvoorstelling Faith van Club Guy & Roni. Fotograaf: Andreas Etter


Een klein uitstapje over mijn persoonlijke visie hierin: Ik ontleen steeds meer van de Canadese ecoloog Suzanne Simard over hoe ik naar de rol van onze twee BIS instellingen kijk. Zij is de grondlegger - althans binnen de Westerse rationele wetenschap - van het onderzoek naar bosecologie en wat we tegenwoordig het Wood Wide Web noemen, dus de complexe en verbonden wereld van bomen en bossen. In haar boek Op zoek naar de Moederboom, beschrijft ze haar jarenlange studie naar de functie van zogenaamde ‘woudreuzen’, oeroude bomen die een cruciale en onmisbare functie hebben in het gezond houden van een bos-ecosysteem. Ik vind het interessant om vanuit die parallel te denken hoe je als instelling of instituut enerzijds voeding kunt geven aan een ecosysteem om je heen, van waaruit je zelf bent gegroeid, en hoe je tegelijkertijd elk jaar weer een jaarring toevoegt aan je eigen stam, sterker wordt, verder vertakt en je nog beter aanpast aan je omgeving.

Terug naar je vraag over het proces. Al deze input vanuit de organisatie, het artistieke team, makers en onze omgeving nemen we mee in een schrijfproces dat ik samen doe met Guy Weizman. Dit is echt een periode met zijn tweeën en we nemen veel tijd voor dit schrijfproces. Het is een dialoog van maanden waarin we de puzzel proberen te leggen tussen alle artistieke ideeën en onze grotere betekenis in het veld. Pas in de loop van de tijd matchen we dat met de specifieke uitgangspunten die vaak vanuit overheidsbeleid worden gegeven, dat is in ieder geval niet ons startpunt. Na dit proces hebben we een aantal tegenlezers intern (artistieke team, management team, Raad van Toezicht) en extern om ons te bevragen en aan te vullen vanuit hun eigen discipline of invalshoek.

Op de afbeelding staan negen mensen in blauwe pakken rond een bruidstaart met drie lagen. Helemaal links zit een man in een vergelijkbare outfit met een zonnebril op, naast een vaas. Rechtsboven staat een deel van een tekst:
De interdisciplinaire (bijna) musical Yara's Wedding van NITE. Fotograaf: Katrin Ribbe


Het schrijven van het huidige meerjarenplan 2025-2028 is daarnaast de start geweest van een intensief traject om onze zogenaamde kritische succesfactoren (KSF’s) en prestatie-indicatoren (KPI’s) te benoemen. Dit voelt wellicht super corporate en in tegenspraak met wat ik hierboven schreef. Omdat de kunstpraktijk vraagt om artistieke ruimte voor de maker en een kunstorganisatie die flexibel en dienend is aan het artistieke idee.

Maar voor ons beantwoordt dit traject aan twee belangrijke vragen: wanneer is voor ons iets eigenlijk geslaagd en kunnen we een kader ontwikkelen waarin we daar in kunnen sturen met elkaar. In dit proces zijn wij als directie richtinggevend en taakstellend, passend bij onze missie en visie uit het meerjarenplan en met heldere doelen en verantwoordelijkheden. Zodat iedereen zijn of haar plek vindt in het geheel en een bijdrage kan hebben aan de impact van onze organisatie. We proberen daarin steeds meer vanuit lange termijn doelen te werken.

We vragen alle afdelingen om zelf na te denken over de uitvoering en hoe ieders specialisme concreet kan bijdragen aan het geheel. Onderdeel hiervan is het creëren van een continue dialoog tussen ons artistieke team en het operationele managementteam. In die zin is de autonomie van de maker een groot goed, maar zijn wij er ook van overtuigd dat zonder de interdisciplinaire en integrale samenwerking met de afdelingen techniek, productie, marketing, educatie en financiën onze impact niet succesvol kan zijn. Ook een organisatie is een verbonden ecosysteem met onderlinge afhankelijkheden, waarin we willen samenwerken vanuit een visie die door iedereen logisch omarmd kan worden. De richting wordt gevormd door de artistieke visie, maar de geslaagde uitvoering is iets van ons allemaal.

Drie personen kijken recht in de camera. Twee van hen dragen rood-zwart gestreepte kleding en hebben schmink op hun gezicht; één van hen heeft een bolhoed op.
De voorstelling The Underground van NITE. Fotograaf: Shot By Halie


In dat licht zou ik graag een vraag willen stellen aan Bernadette Stokvis. Jij bent een inspirerend voorbeeld van een zakelijk directeur die vanuit een lange-termijn visie heeft gewerkt en vanuit die kracht zowel Korzo als MAAS Theater & Dans hebt opgericht en laten groeien tot de grote betekenis die beide instellingen nu hebben in het veld. Je vertrekt nu bij MAAS Theater & Dans en neemt misschien ook wel afscheid van jouw rol in de sector. Ik ben nieuwsgierig naar de belangrijkste lessen als je terugkijkt op jouw lange carrière. En specifiek hoe jij ervoor gezorgd hebt dat MAAS Theater & Dans uitgroeide tot een toekomstbestendige organisatie?

Hartelijke groet,

Harmen

Over Harmen

Harmen van der Hoek (1982) is zakelijk directeur-bestuurder bij het interdisciplinaire huis van theatergezelschap NITE en dansgezelschap Club Guy & Roni in Groningen. Daarnaast is hij als toezichthouder actief bij het Drents Museum in Assen en het Drents Museum de Buitenplaats in Eelde-Paterswolde. Tot april 2024 was hij tevens actief als bestuurslid bij de Nederlandse Associatie voor Podiumkunsten (NAPK), waar zijn tweede bestuursperiode in 2024 afliep. Als mentor is Harmen betrokken bij het programma Mentoring voor zakelijk leiders.

Harmen NNT 6 U0 A8179 ZW SHOTBYHALIE small2
Fotograaf: Shot by Halie

Duo-interview met Harmen en zijn mentee Sem

Het programma Mentoring voor Zakelijk Leiders koppelt ambitieuze startende leiders aan de beste leermeesters. Hoe kijken oud-deelnemers mentor Harmen van der Hoek en mentee Sem Bartels terug op het programma? Een gesprek over spiegelen, sparren en kruisbestuiving.

Meer Slagkracht?

Slagkracht is het ontwikkelprogramma waar je als zakelijk verantwoordelijke handvatten krijgt aangereikt om je te ontwikkelen en te professionaliseren binnen de zakelijke kant van de culturele en creatieve sector. Met Slagkracht bieden we een online en offline platform waar je maandelijks aan een programma kunt deelnemen over uiteenlopende onderwerpen, waarmee je een stevige basis legt in je vak.