Skip naar content
Skip naar content

Podcast Slagkracht #4 Internationaal - Rick Mouwen, CLUB GEWALT

Wat doe je als je wordt gevraagd om te spelen op de Theater Biënnale van Venetië, terwijl je als startend collectief in Nederland nét onder de financiële zaaglijn van fondsen belandt? In deze aflevering hoor je het verhaal van Rick Mouwen, zakelijk leider van CLUB GEWALT uit Rotterdam. In de zomer van 2018 ontving CLUB GEWALT twee berichten. Slecht nieuws van het FPK en een aantal vreemde mailtjes uit Italië, die ze tot twee keer toe besloten te negeren. Hoe is het om als collectief in een heel korte tijd te professionaliseren en hoe leid je dat als zakelijk leider van een non-hiërarchisch collectief in goede banen?

Luister hieronder via Spotify (cookies moeten ingeschakeld zijn) of via Apple Podcasts, Google Podcasts, PodNL of Stitcher.

Transcript podcast Slagkracht #4 - Internationaal - Rick Mouwen, CLUB GEWALT

Klik op deze link voor het transcript in PDF formaat

Aflevering #4
Titel: Internationaal
Sprekers: Rinke Vreeke (podcastmaker), Rick Mouwen (zakelijk leider CLUB GEWALT)

Rick
: Dus wij krijgen dat mailtje doorgestuurd en ik zeg tegen Amir, “Ja, ik heb hier nu echt effe geen tijd voor, want ik, ik snap het niet zo goed, ik weet ook niet wie het is.” D'r was ook geen e-mailhandtekening in of zo, dus we hadden die mail niet beantwoord.

Rinke
: Dit is Slagkracht een podcast van Cultuur+Ondernemen. Mijn naam is Rinke Vreeke. In Slagkracht hoor je iedere aflevering een persoonlijk verhaal van een zakelijk leider, marketeer of een andere ondernemende professional in de culturele of creatieve sector. Een verhaal over een belangrijk moment in hun carrière. In deze aflevering hoor je het verhaal van Rick Mouwen.

Rick: Mijn naam is Rick Mouwen en ik ben zakelijk leider van muziek- en performerscollectief CLUB GEWALT uit Rotterdam.

Rinke
: CLUB GEWALT is een muziek- en performerscollectief uit Rotterdam. Ze maken componeren, produceren en performen eigen werk, waarin muziek altijd het begin, midden en eindpunt is.

Rick
: En toen heeft Amir die heeft uiteindelijk nog maar wat tijd geïnvesteerd om die man even te googelen. Toen zei die: “ja, ik heb het idee dat hij voor de biënnale van Venetië werkt, maar dat ja waarschijnlijk niet, want lijkt me sterk.” Toen zei hij: “Ja, ja, ik ben de dramaturg van de biënnale van Venetië.”

Rinke: Want wat doe je als je wordt gevraagd om te spelen op de Theater Biënnale van Venetië, terwijl je in Nederland net onder de financiële zaaglijn van fondsen bent beland? Je hoort het in deze aflevering van Slagkracht.

Rick
: CLUB GEWALT is een collectief van acht mensen. We hebben het collectief opgericht in 2013 en we maken verschillende dingen. Dus we maken voorstellingen die we in theater spelen. Die noemen we onze opera's omdat die zeg maar volledig gecomponeerd en gezongen zijn. En we hebben bands en daarmee spelen op muziekfestivals en op de muziekpodia van theaterfestivals. En we maken projecten hiervoor in de stad, of die hebben we in ontwikkeling. De eerste moet nog uitkomen.
2018 was ons slechtste jaar. We hadden geen subsidie, we hadden geen geld. We hadden een project gemaakt over dat we het project niet konden maken, en dat deden we als hobbyclub GEWALT. Dus op de maandagavonden gingen we repeteren om een presentatie te maken en onze hele projectplan hebben we toen in de versnipperaar gedaan en daar afscheid van genomen, echt een afscheidsdienst. Dus we gingen rouwen over dat we het project niet konden maken en dat we dus niet verder konden met CLUB GEWALT. Omdat we waren toen al wel echt een paar jaar bezig, en dan heb je op een gegeven moment wel geld nodig om gewoon ook je tijd vrij te houden om een voorstelling te kunnen maken. We hadden net een nieuwe makersregeling gehad met operadagen in 2016, 2017. En onwijs veel voorstellingen gemaakt en allemaal vragen gekregen, daar allemaal overal “ja” op gezegd. Maar toen dus helemaal niet toegekomen aan om de, om de jaren daarna, zeg maar voor te bereiden. Dus op tijd te beginnen met je fondswerving en een conceptontwikkeling
van je nieuwe projecten, om de goede fondswerving en verkoop te kunnen doen. En er waren een aantal mensen bij ons gestopt. Want die zeiden: “Het lukt me gewoon even niet meer, moet gewoon echt even m'n hoofd leeg maken, en ergens anders gaan werken om gewoon weer een beetje rustig te worden. Want we hebben hier zo hard aan gewerkt en nu lukt het niet.”

En toen, ik weet het nog heel goed, kregen we een e-mailtje in onze, op onze info-mail. Dat was volgens mij halverwege de zomer een beetje. En ik weet in ieder geval nog dat ik heel moe was en dat was een hele vage e-mail van een heel raar mailadres met ongeveer met drie zinnen met of we onze werken wilden opsturen. Dus wij kregen dat mailtje doorgestuurd ik zei tegen Amir: “ja, ik heb hier nu echt effe geen tijd voor, want ik snap het niet zo goed, ik weet ook niet wie het is.” Er was ook geen e-mailhandtekening in of zo. Onze motivatie was effe ver te zoeken. We waren echt wel teleurgesteld in dat er geen geld was in de sector en dat het niet lukte en het was zo'n vage vraag. En we hadden dat ook nog helemaal niet georganiseerd van dat we zomaar onze werken konden opsturen dus we hadden die mail niet beantwoord. Dus toen kregen we twee weken later, toen zaten we in de vergadering opnieuw een mail met “Hé, hebben jullie mijn e-mail gezien, want ik wil echt graag, zeg maar jullie werk bekijken.” Dus toen hebben we elkaar nog zo aangekeken van “oh, dat is ook grappig dat iemand er dan nog een keer om vraagt.” Want we zaten toen ook in een periode dat we echt veel moeite moesten doen om onze voorstellingen te verkopen. We speelden wel veel. Maar onze eigen producties als we die wilden toeren, was het best wel moeilijk om dat op voorhand te verkopen. En we waren helemaal niet bezig met internationaal werken. Dus we hadden ook nog nooit in het buitenland gespeeld en toen heeft Amir die heeft uiteindelijk nog wat tijd geïnvesteerd om die man even te googelen. Toen zei die “ja, ik vind ook zelf maar niet echt iets, maar ik heb het idee dat hij voor de biënnale van Venetië werkt. Maar
dat ja, waarschijnlijk niet, want lijkt mij sterk.” Dus toen hadden we het alsnog links laten liggen. En toen kregen we een derde e-mail met “Hallo ik ben echt geïnteresseerd. Wil je alsjeblieft een werk opsturen.” Dus toen dachten we “oh misschien is dit wel iemand van de biënnale.” Dus toen hebben wij de vraag gesteld. Toen zei hij “ja ik ben de dramaturg van de biënnale van Venetië. En ik ben geïnteresseerd in jullie werk, want ik vind jullie website echt heel cool en ik heb trailers gezien. Maar ik zou graag hele registraties willen kijken”. Dus toen hebben
we echt als een malle Engelse vertalingen gemaakt van onze pr-teksten en Engelse ondertiteling onder registraties gezet. Maar we, dachten ook “Ja, is echt een long shot. En uiteindelijk heeft hij toen weer terug gemaild met “Hé ik ben heel geïnteresseerd het lijkt me leuk om Yuri zo te programmeren en misschien nog een ander werk. Om zo echt een beetje, want jullie maken zoveel verschillende dingen om dat naast elkaar te presenteren.” En toen snapten we d'r echt helemaal niks meer van. En toen hebben we het volgens mij echt op een zuipen gezet. Toen hebben we heel veel wijn gedronken met elkaar. Maar toen hadden we op opeens weer allemaal energie en ging het weer behoorlijk voor de wind. Terwijl er moesten toen nog heel veel dingen gebeuren zeg maar, maar dat deed heel veel. Dat was ongeveer een jaar van tevoren in de zomer van 2018, toen we net allemaal afwijzingen van onze subsidieaanvraag hadden gekregen. En we kregen toen ook een nominatie voor de BNG-prijs voor nieuwe makers. Maar die hadden we toen niet gewonnen. Dus dat voelde ook zo van, nou ja, oké, dus het gaat wel zo voor de wind, maar we krijgen
niet die prijs en dus niet het prijzengeld, wat €45.000 euro is. En we hadden geen subsidies dus we konden niks nieuws maken. We kwamen dan wel zo'n beetje in the picture. Maar we hadden niks in handen om te gaan produceren en dus een volgend werk de wereld in te slingeren. Dus dat was ook heel frustrerend. Dus het was echt heel leuk om uitgenodigd te worden op de biënnale. Maar dat was ook wel stressvol omdat ik dus gewoon helemaal niet wist: hoe doe je dat nou? En ze zeiden: je krijgt
dan een e-mail. Nou, dan willen we volgende week een eerste financieel voorstel en ik had echt geen idee. Hoe komt het decor daar? Hoe moet je die uren begroten, wie heb je allemaal nodig? Hoe werkt dat dan precies? Dus toen, toen ben ik classic gaan rondbellen. En heb ik met Silvie Dees gesproken, dat is iemand die ik veel heb gebeld in mijn beginnende carrière. En met Silvie heb ik toen gezeten en die zei: “Nou, als je een begroting maakt, moet je hieraan gaan denken en dit is normaal en ook verder dit en dit.” En zij zei “Wat ik zou doen is een hele goeie producent in huren die dit gewoon vaker heeft gedaan. En dan ga je dit helemaal uitbesteden”. Dus zo hebben we dat toen dus opgelost. Want ik was daar zelf ook nog helemaal niet klaar voor. Dat ging met gesprekken met het Fonds Podiumkunsten met “Ja, hoe moet dit nou? We hebben zo een nieuwe makersregeling gehad. Dat ging goed, we krijgen best al wat vragen, maar we kunnen dat niet opvolgen, want we hebben geen budget, we kunnen niks nieuws maken, maar we willen wel door.“ En zij zeiden: “We adviseren je om nog een keer de nieuwe makersregeling aan te vragen. Want je kunt die met een jaar verlengen en er is nu heel veel druk op die productiesubsidies. En daar heb je competitie met makers die echt al jaren produceren, dus die kunnen dat gewoon echt al beter opschrijven die hebben betere partners”. Dus toen hebben we nog een keer de nieuwe makersregeling aangevraagd voor heel 2019 om een nieuwe voorstelling te maken. En het collectief te gaan organiseren, en om dus weerbaar te worden met: oké, dit is echt moeilijk, om theater te produceren, om de
voorwaarden goed te krijgen, om geld te krijgen, je voorstelling verkocht te krijgen en om een collectief te zijn. Hoe doen we dat? Dus toen hebben we die twee sporen eigenlijk in 2019 gezet. En een beetje eye on the price van dat we dus in de zomer naar de biënnale gingen. Maar dat was ook meteen veel, want we gingen dus en in het najaar van 2019 een nieuwe voorstelling maken én in de zomer van 2019 voor het eerst in het buitenland spelen. En we waren dus heel druk bezig met hoe we
waren georganiseerd. En we hadden nog allemaal side jobs, omdat we konden echt nog niet thuisblijven van CLUB GEWALT. Dus het was echt een flinke puzzel. Dus dat was toen eigenlijk in het vervolg zeg maar van de nieuwe makersregeling in 2019 een hoofdthema. En toen hebben we samengewerkt met Barbara van Lindt. Zij is nu directeur van het Kaaitheater in Brussel en met haar hebben we de CLUB GEWALT Academy opgericht. En dat is een orgaan in onze organisatie, wat we nog steeds hebben en dat is eigenlijk een soort, het wordt ook wel heidag genoemd in andere organisaties. Bij ons is het wel wat intensiever, hadden we dagen met elkaar van dat we vragen als we gingen inventariseren met welke taken hebben we allemaal? Zeg maar welke rollen hebben we allemaal? Hoe is dat nu een beetje van nature verdeeld? En wie doet wat? En dan vervolgens, zeg maar, wie zou welke dingen willen doen? Wie wil waar beter in worden? Want we zijn dus een collectief van acht en we doen het in principe allemaal zelf. Dus onze fondswerving, het contact met stakeholders, conceptontwikkeling, planning en verkoop, marketing en communicatie. Dat ging eigenlijk een hele tijd eigenlijk best wel goed. We hebben hoge zeg maar arbeidsethos maar we waren wel, hoe je dan bijvoorbeeld communiceert van dat we één whatsappgroep hadden bijvoorbeeld, en dat begon op te drogen. En dat mensen dachten ook wel even niet dat we allemaal werkdingen in de whatsapp zitten. En het werd ook onoverzichtelijk want er liepen allemaal projecten door elkaar heen. En toen hebben we dus eigenlijk in volgens mij acht dagen, over het jaar heen, hebben we dus met Barbara gewerkt aan deze hele basale dingen. Dus we hebben twee documenten opgesteld, het ene bestuursreglement die is best wel classic, met hoe ons bestuur van de stichting en de dagelijkse leiding, het collectief hoe die tot elkaar verhouden. En we hebben een levend document, dat is het “CLUB GEWALT Werkt”-document. En daarin staat beschreven hoe de taken zijn verdeeld, hoe we beslissingen nemen en hoe we werken, met mandaten bijvoorbeeld. Want we zijn met acht en dat is best veel. Dus hoe we nu, het werk is, dat iedereen in verschillende portefeuille zit en ik zit dan bijvoorbeeld in de portefeuille Planning en verkoop, portefeuille Communicatie,
portefeuille Bestuurszaken, portefeuille Stakeholders om met subsidiënten en zo. En we hebben dan een portefeuille voor de Academy en een portefeuille Artistieke zaken. En dus alle projecten die we maken hebben ook een eigen portefeuille, met dan weer accounthouders dus daar zitten dan twee leden van het collectief die kartrekker zijn. En we hebben dat expres geen artistiek leiders genoemd, terwijl de taken lijken daar veel op. Maar omdat we echt collectief zijn, is het meer een accounthouder en heb je, krijg je het mandaat om een tijdje het project voort te stuwen en fondswerving te doen, planning, verkoop en een team samen te stellen, dat soort dingen. Nou, als we dan een beetje maar vooruit spoelen in de tijd, gingen we halverwege juli repeteren om klaar te zijn voor de biënnale. Want we gingen twee producties spelen die wij 2017 hadden gemaakt. Dus die moesten ook echt weer even opgehaald worden. En toen hebben we alle spullen gepakt en ging dat in een bus helemaal naar Venetië. Ja, het was heel leuk toen we in Venetië aankwamen vooral omdat je dan dus met de boot ga je naar je werk. Dan denk je toch ja, vet, dit is cool. En we speelden in een hele grote loods en daar hadden een hele grote tribune ingebouwd. En daar hadden zij gewoon de hele biënnale lang allemaal producties dus was eigenlijk soort van theater op locatie gemaakt. Toen hebben we
de dramaturg ontmoet en dat was natuurlijk na alle e-mailwisselingen ook heel leuk om met hem eindelijk te spreken. Hij was zo'n in mijn ogen echt een typisch Italiaanse man, een beetje gezet, goeie baard, niet heel lang. En hij was heel excited en een beetje gestrest omdat hij gewoon midden in die biënnale zat. En was gewoon ook heel grappig, omdat nou in mijn hoofd, als je dan programmeur bent van de biënnale dan ben je een verschijning of zo. Maar dat was gewoon helemaal niet, was gewoon best wel een doodnormale man, wat natuurlijk de meeste mensen zijn dus dat is helemaal niet raar. Maar ik had daar toch een ander beeld van. En hij was heel blij van dat we er waren en de biënnale ging goed, dus dat was een hele goede sfeer. Toen hebben we ‘s middags een doorloop gedaan van Yuri en toen hadden we er ‘s avonds echt zin in. Dat was 400 man publiek en dat was cool want we gingen spelen en die hele zaal zat vol en waren allemaal best wel excited. Ik zat helemaal boven bij de regie, want ik ging de boventiteling doorklikken want die voorstelling kan ik dromen. En die, we hadden dan Engelse boventiteling en Italiaanse, dus ik ging dat op een spatiebalkje zo zomaar keurig doorklikken. En toen, na de voorstelling en dat zal ik niet snel vergeten, toen gingen we ergens Aperol Spritz drinken. Want dat hebben we toen veel gedronken, omdat wij de hele tijd euforisch waren. En toen liepen we door de straat van Venetië, en in de voorstelling Yuri hebben we hele typische dansjes, en toen waren mensen dus in de straten van Venetië op terras, waar wij Aperol Spritz gingen drinken, die dansjes aan het doen. En toen kwamen we
echt niet meer bij. En we werden herkend en zo, we voelden ons echt even voor vijf minuten superster, dat was te gek. En toen de laatste avond, toen we de andere voorstelling speelden, we een CLUB CLUB GEWALT. Dat is een performers avond met allemaal verschillende acts die in principe niks met elkaar te maken hebben, maar die we dan achter elkaar monteren met een bar in de ruimte, verschillende podia en mensen staan. Dat is een beetje losse avond. Toen kwam de artistiek directeur van de biënnale en die was de hele avond al heel blij. Die zagen we dan zo
tussen de mensen staan en toen dachten we “oké, dit is wel spannend”. Toen waren we klaar met die avond dat is een performance van drie uur, dus dat duurt echt heel lang en dan is iedereen echt kapot, omdat ze gewoon zo maar vol gas aan het spelen zijn. En toen kwam hij backstage en toen hij zakte op zijn knieën en hij zei: “dit is het beste wat ik ooit heb gezien”, hij moest bijna huilen. Toen waren wij oh, dit is wel echt insane, dat zou ik gewoon nooit meer vergeten. Dat was zo'n wonderlijk moment, omdat we voor het eerst ook heel veel in het Engels speelde. En dus allemaal mensen in de zaal waren die geen Nederlands spreken. En daarom, toen is wel bij ons het vuurtje gaan branden om meer internationaal te willen werken. Dat we dachten dit is zo tof om je werk in een andere context te kunnen presenteren en weer voor een ander publiek en te kijken hoe we daar dan weer mee resoneert. Dat we dachten “ja, maar dit is wel iets dat smaakte naar meer”. Hoe we daarna hebben doorgepakt is van dat we dus terug naar Nederland gingen en een nieuwe voorstelling gingen maken. Maar we hadden eigenlijk allemaal zo na de biënnale
hadden we vakantie gepland. Dus ik was toen met Gerty en Suzanne in een huisje via Airbnb ergens op een berg met een zwembad. En toen was twee dagen nadat we op de biënnale hadden gespeeld. Toen kregen we een e-mail van de persdame van de biënnale met een bericht “hé, ja, d'r is een recensent van de New York Times en die heeft echt een hele lovende recensie over jullie geschreven in de New York Times.” Toen opende ik dat zo en dat was nou, dat was echt, zeg maar niet normaal. Ze schreef van dit is het beste wat ik ooit in Europa heb gezien. En hier gebeurt echt iets nieuws. En hierna gaan zij echt internationaal doorbreken. Dus wij echt zo “Allright. sick”. En toen kwamen we terug in Nederland en toen gingen we eigenlijk door met onze CLUB GEWALT Academy en met het praten over hoe we georganiseerd wilden zijn of zouden moeten zijn. En we gingen werken aan die kunstplan-aanvraag om vanaf 2021 meerjarige subsidie te krijgen. En dat was heel lekker, want toen konden we schrijven: we hebben op de biënnale van Venetië gespeeld, we stonden in de New-York Times en die schreven dit, dus dat werd een hele stevige aanvraag. En we hadden in heel 2019 gesproken over maar waar willen we naartoe? Zeg maar wat voor werken willen we maken? Hoe zijn we georganiseerd? Dus we hadden alles in handen om een goed beleidsplan te schrijven. Dat hebben we toen ingediend bij het Fonds Podiumkunsten en de gemeente Rotterdam, en dat kreeg allebei echt een hele goeie beoordeling. Dat betekende dat onze jaarbegroting van een ton naar ongeveer vijf ton per jaar ging. Dus dat was echt insane. Toen kregen dus echt wel een andere omstandigheid, met van dat je geld te besteden hebt. En toen heb ik voorgesteld om dus omdat we allemaal verschillende dingen doen en als je naar onze CAO kijkt, dan zou je dat allemaal verschillende hoogtes moeten honoreren en heb ik gezegd, maar wij doen het allemaal en alles door elkaar. Dus ik zou eigenlijk in 2021 als eerste willen kijken naar dat we allemaal hetzelfde voor een dag verdienen. En dat we gaan proberen om al je uren die je werkt, om die te betalen. Dus ik heb een soort, heel, nou
niet een soort. Ik heb een heel uitgebreid schema gemaakt met alle taken die we hadden geïnventariseerd in de CLUB GEWALT Academy en hoe we die honoreerde dus hoeveel dagen krijg je voor planning en verkoop, hoeveel voor communicatie en al die dingen. En toen zijn we begonnen met werken en dat is heel fijn. Je voelt je ook zo serieus genomen, je kunt beter werk maken, want je kunt er meer tijd in steken, je kunt met coole mensen werken, want je hebt een budget om ze in te huren. Dus ging bijvoorbeeld voor onze eerste productie Antropoceen, De Musical gingen we samenwerken met Bas Kosters. Die heeft onze kostuums gemaakt en we konden geen allemaal ietsje vetter produceren. Wat ik achteraf heb geleerd aan het spelen op de biënnale is hoe je zo'n moment, voor je kunt laten werken. Dus hoe we vervolgens fondswerving hebben kunnen doen met van dat je daar was, hoe je vervolgens met de dramaturg maar van de biënnale ook een beetje voor je kunt laten werken door gewoon nog eens met hem een Zoom in te plannen. En te vragen “Hé, wij vonden dit te gek. Weet jij nog andere mensen in Italië?” Of dat je dus zomaar dat je zo een beetje die momenten vasthoudt en probeert in te zetten voor een volgend moment. En wat me bij zal blijven is dat en dat kwam ook door die recensie in de New York Times hoeveel weerslag het had over maar wat we thuis in Nederland konden doen. Omdat het gewoon zoveel meer smoel gaf aan ons beginnende collectief. En dat je niet meer was, “Oh, ja, dat is een afstudeerklas en die zijn voorstellingen met elkaar gaan maken. Zijn best geinig” maar dat je nu gewoon was “Oh ja, dit collectief stond op de biënnale en zij maken nu dit. Misschien moeten we dat boeken. Misschien is dat wel een goed verhaal.” Maar in het gesprek over ja, wat ga je nu halen uit het buitenland? En waar wil je heen? Ook heel helder tegen elkaar gezegd: laten we ons eerst focussen op Europa, want we willen niet Antropoceen, De Musical zomaar maken over hoe de mens de aarde vernietigt en vervolgens de wereld over gaan vliegen om die voorstelling te spelen. Dat vinden we ook lastig. Dus laten we ons op Europa focussen en kijken welke dingen we met de trein kunnen doen. We waren afgelopen november in een residentie bij de Komische Oper in Berlijn en in die residentie ook met twee andere Duitse collectieven gewerkt. Die hebben ook aan ons laten zien hoe bij hun de financiën zijn georganiseerd en hoe zij praten over geld en wat dan dagprijzen zijn en welke dingen ze honoreren. Dus dat was heel tof en zij zeiden ook “Het zijn van een collectief is het grootste kunstwerk wat je gaat leveren in je carrière.” En dat vond ik wel inspirerend. En ik wil aan de andere kant heel graag waken over dat we niet alleen maar praten met elkaar hoe zijn we georganiseerd en hoe ben je collectief, dat het wel gaat, over welke producties maken we, welke podia speel je en voor welk publiek. Maar ja, het zal, omdat we collectief zijn, ook zeg maar veel blijven gaan over hoe je bent georganiseerd.

Rinke: Slagkracht is een podcastreeks van Cultuur+Ondernemen. De reeks is onderdeel van het ontwikkelprogramma Slagkracht waar je als zakelijk verantwoordelijke handvatten krijgt aangereikt om je te professionaliseren binnen de zakelijke kant van de culturele en creatieve sector. Volg Slagkracht in je favoriete podcast-app en blijf op de hoogte van nieuwe afleveringen. Kijk voor meer informatie over het programma op CultuurOndernemen.nl/Slagkracht.

Concept, productie, interview en edit zijn van mij Rinke Vreeke. De muziek is van Blue Dot Sessions. De mixage en master zijn gedaan door Bas van Win en Jeroen Jaspers van Nozem Audio. Met dank aan Karen de Meester, Sanne Wiltink en Coen Balkestein.

Portretfoto Rick Mouwen, fotograaf Lise Schamlé
Rick Mouwen - © Lisa Schamlé
[De collectieven tijdens onze residentie in Berlijn] zeiden “Het zijn van een collectief is het grootste kunstwerk wat je gaat leveren in je carrière.” En dat vond ik wel inspirerend.

CLUB GEWALT is een muziek & performance collectief uit Rotterdam. Ze maken, componeren, produceren en performen eigen werk waarin muziek altijd het begin-. midden en eindpunt is.

Club Gewalt_Kapitalismus_Biënnale Venetië_fotograaf Andrea Avezzù
Club Gewalt - Biënnale Venetië, fotograaf Andrea Avezzù
Club Gewalt, work-out opera Yuri, fotograaf Jochem Jurgens
Club Gewalt - work-out opera Yuri - fotograaf Jochem Jurgens
Club Gewalt_groepsfoto tijdens residentie Berlijn_fotograaf Rick Mouwen_03
Club Gewalt - groepsfoto tijdens residentie Berlijn - fotograaf Rick Mouwen

Meer Slagkracht?

In de podcastreeks van Slagkracht hoor je iedere aflevering een persoonlijk verhaal van een zakelijk leider, marketeer of andere ondernemende professional in de culturele of creatieve sector. Een verhaal over een belangrijk moment in hun carrière.

Begin 2022 lanceerde Cultuur+Ondernemen het ontwikkelprogramma Slagkracht, waar je als zakelijk verantwoordelijke handvatten krijgt aangereikt om je te ontwikkelen en te professionaliseren binnen de zakelijke kant van de culturele en creatieve sector. Met Slagkracht bieden we een online en offline platform waar je maandelijks aan een programma kunt deelnemen over uiteenlopende onderwerpen, waarmee je een stevige basis legt in je vak.