Ervaringsverhaal Radicaal veranderen van koers dankzij een cultuurlening
Na een carrière van veertig jaar als succesvol audiovisueel kunstenaar, herontdekt Martin Grootenboer zijn enorme archief met analoge fotonegatieven. Hij besluit ze niet te laten liggen, en slaat een nieuwe route in. Een cultuurlening helpt hem daarbij. “Lenen voelt zuiver: ik heb zelf het roer in handen.”
Een enorme kast in de slaapkamer, als stille getuige in huis. In jaren van drukte, rennen, vliegen blijven de deuren gesloten. En wanneer ze open gaan, tuimelen er dertigduizend (!) analoge fotonegatieven uit. Zo ging het ongeveer bij Martin Grootenboer. Hij herontdekte een paar jaar geleden zijn beeldarchief, met daarin alles wat hij de afgelopen decennia fotografeerde. “Mensen kennen mij helemaal niet als fotograaf. Maar als ik ze er dan over vertel, zeggen ze: ‘Verrek ja, jij had altijd die camera bij.’ Tijd om daar nu serieus werk van te maken.”
Fotografie als rode draad
Martin haalde in de jaren tachtig zijn diploma aan de Rietveld Academie. “Vanaf dat moment volgde ik een tweesporenbeleid: ik maakte producties in opdracht én had mijn eigen werk. Voor mij kon dat prima naast elkaar.” Ondernemen zat hem meteen in het bloed, vervolgt hij. “Zelf de broek ophouden en do-it-yourself was heel normaal.” Zo bouwde hij een solide netwerk van opdrachtgevers: musea, bedrijven, openbare instellingen en evenementen. Voor hen ontwikkelde hij installaties met diaprojectoren, produceerde hij tentoonstellingsfilms en maakte hij animaties.
En ging hij op pad? Dan slingerde hij standaard zijn tas met fotocamera over de schouder. “Al vanaf mijn tiende maak ik foto's. Ik ben het altijd blijven doen”, zegt hij daarover. Zo legde Martin als zeventienjarige jongen de beruchte Amsterdamse krakersrellen vast. Hij knipte niet het geweld, maar juist de blikken op de gezichten van de ME’ers, knullen van rond de achttien jaar, die ineens tegenover de rauwheid en onvrede van de stadse punkers stonden. “Dat wat net áchter het grote nieuws lag, wilde ik in beeld brengen. De blik richten op hen die normaal geen stem hebben in het grotere verhaal. Dáár lag voor mij de spanning.”

De omslag
Fotografie stond dus altijd centraal in zijn professionele leven, en ergens ook weer niet. Want de prioriteiten – huis, gezin, brood op de plank – zorgde ervoor dat het gros van zijn tijd uitging naar de betaalde klussen op audiovisueel vlak. Maar toen Martin een paar jaar geleden de deuren van die grote kast op de slaapkamer opende, besloot hij dat die foto’s nu eindelijk serieus aandacht moesten krijgen.
Er kwam een plan voor een boek. Maar eerst moesten de oude fotonegatieven worden gedigitaliseerd. Daarvoor was onder andere een professionele negatiefscanner nodig, naast een flinke digitale opslag en beeldschermmateriaal. Voor door de jaren heen beschadigde en verontreinigde negatieven huurde Martin een specialist in die hielp met retoucheren. Om dit hele pakket te bekostigen, klopte hij aan bij Cultuur+Ondernemen voor een cultuurlening. “De kosten lopen hier voor de baten uit. Met de lening kon ik dat gat opvullen.”

Het was de eerste keer dat hij voor een lening koos. En het paste goed. “Ik neem zelf het risico om mijn leven om te gooien. Met een cultuurlening blijft de verantwoordelijkheid bij mij”, zegt Martin over zijn keuze. “Bij een subsidie moet je voor- en achteraf uitgebreid verantwoorden waarom en waarvoor de subsidie wordt en werd aangevraagd. Dat kan een lang en ondoorzichtig traject zijn. Op zich niets mis met je moeten verantwoorden, maar een cultuurlening aanvragen gaat sneller en het proces is transparanter.” De aanvraagprocedure verliep prettig, herinnert hij. “Je dient een plan in bij Cultuur+Ondernemen. Daarna volgt een gesprek en een financiële toets. En als het allemaal klopt, krijg je de lening. Die directheid werkt voor mij goed: je weet meteen wat je aan elkaar hebt. En het scheelt in vergelijking met subsidie tijd en energie die je als kunstenaar nu juist in je werk wilt stoppen.”
Digitaal archief én tentoonstelling
De Nikon-negatiefscanner, de omvangrijke harde schijf en het geavanceerde beeldscherm: sinds een paar jaar staan ze op een prominente plek in Martins werkruimte. Uur aan uur zat hij er al achter. In de nacht, want dan was de volledige focus er, zonder bellende opdrachtgevers en dringende deadlines. En het resultaat? Een groot deel van het archief is inmiddels digitaal beschikbaar. Op de achtergrond werkt Martin aan het ordenen en goed documenteren van de negatieven. Met het Nederlands Fotomuseum is hij in gesprek over overname van zijn digitale archief. Een eerste expositie was er, begin dit jaar, bij Arti Amsterdam. Met 150 van de door hem gemaakte foto’s, en een installatie van voorgeprogrammeerde diaprojectoren met beelden en muziek van het Paradiso, Club Mazzo en Aorta van de jaren tachtig. “De tentoonstelling was een mooie vuurproef om te zien wat de foto’s bij het publiek doen. Veel, blijkbaar. De reacties waren enthousiast.”

Aan het boek met de foto’s wordt nog gewerkt, naast een website met beeldmateriaal. Daarnaast overweegt Martin om een boek te maken waarin hij zijn kennis van de afgelopen jaren bundelt. “Je moet jezelf als kunstenaar op zijn tijd opnieuw uitvinden. Ook – of misschien wel juist – als het goed gaat. Het zorgt voor ideeën die je anders nooit had gehad.” Maar, eerlijk is eerlijk, als je al veertig jaar op een bepaald pad zit, kan het ook lastig zijn om te vernieuwen. “Ik vergelijk mezelf soms met een soort olietanker – die verandert langzaam van richting. Maar hij beweegt wél. Zo is dat bij mij ook. En de cultuurlening heeft mij daar enorm bij geholpen.”
Meer weten over de mogelijkheden van de cultuurlening voor jouw onderneming? Bekijk onze informatiepagina of vraag een gratis adviesgesprek aan.
-
Stuur een e-mail naar Ingrid Pendavingh ingrid@cultuur-ondernemen.nl
-
Stuur een e-mail naar Thijs Mullink thijs@cultuur-ondernemen.nl