Skip naar content
Skip naar content

Interview Jonge toezichthouders over hun ervaring

Witte mannen van boven de 55 jaar domineren nog altijd de bestuursfuncties in de cultuursector, blijkt uit recent onderzoek in opdracht van het ministerie van OCW*. Slechts 8 procent van de functies wordt ingevuld door mensen onder de 35 jaar. Reden voor Cultuur + Ondernemen om actief op zoek te gaan naar jong talent. Jasmijn Touw (29) en Arif Dursun (30) kwamen vorig jaar naar de bijeenkomst die wij hierover organiseerden. Zij is nu toezichthouder bij Museum Rijswijk, hij van Cultuur+Ondernemen. Beiden vertellen over hun ervaring.

Portret Jasmijn Touw en Arif Dursun
Jasmijn Touw (toezichthouder Museum Rijswijk) en Arif Dursun (toezichthouder Cultuur+Ondernemen)

De eerste vergadering

“De allereerste vergadering was ik zenuwachtig”, zegt Arif Dursun aan de telefoon. Op de achtergrond klinkt het gehuil van een baby. Hij heeft een jong gezin en een drukke baan als accountant bij KPMG, maar toch wilde hij heel graag deze kans grijpen om lid te worden van de raad van toezicht van Cultuur + Ondernemen. “Ooit wil ik CFO worden, daarom lijkt het me goed voor mijn ontwikkeling om nu al boardroom-ervaring op te doen.”

Bovendien wil hij graag maatschappelijk betrokken zijn en dan het liefst in een gebied waar zijn passie ligt: cultuur. “Het lag misschien meer voor de hand om voor de pensioensector te kiezen, maar dat schuurt te dicht aan tegen het werk dat ik toch al doe. In de cultuursectuur kom ik alleen in mijn vrije tijd, dat maakt het extra aantrekkelijk.”

Voor die eerste bijeenkomst had hij zich uitmuntend voorbereid. Hij vroeg advies aan mensen in zijn omgeving, bijvoorbeeld over de rol van een toezichthouder en hoe hij zich in die hoedanigheid moest gedragen. “Ik had veel aan een oud docent die zelf in verschillende raden van toezicht zit.” Hij was bovendien lid geworden van Blikverruimers, een organisatie die toezichthouders van morgen coacht. En hij had zich uitgebreid ingelezen: alle notulen, jaarrekeningen en verzekeringspapieren.

In het begin vroeg ik me af: heb ik hier wel iets zinnigs over te zeggen?

Een andere taal

En toch kwamen er die eerste keer veel onderwerpen voorbij waar hij weinig van begreep. “Als accountant zit ik ook veel met CEO’s aan tafel, maar dat zijn operationele gesprekken. Tijdens de RvT-vergadering zijn het meer strategische gesprekken en dat is een heel andere taal dan ik gewend ben, met letterlijk termen die ik niet ken. In het begin vroeg ik me af: heb ik hier wel iets zinnigs over te zeggen?” Maar al gauw ontdekte hij dat hij zijn eigen expertise -financiën- goed kon inzetten en dat hij bij de andere onderwerpen niet meteen alles hoeft te weten. “De ervaren leden gaven me alle ruimte om te leren.”

Een rol achter de schermen

Ook Jasmijn Touw bereidde zich goed voor op haar eerste vergadering in Museum Rijswijk: “Ik las de Governance Code Cultuur, vooral ook om goed te weten wat mijn formele en informele rol is als toezichthouder.” En ze keek alle gemeenteraadsvergaderingen terug die over het museum gingen. “Ik zie het als mijn rol om voor het museum de politieke ontwikkelingen in de gaten te houden.”

In het dagelijks leven is ze senior adviseur Public Affairs bij Dröge en Van Drimmelen en voorzitter van D66 in Leiden. “Ik hield als kind al van cultuur en vind het leuk er nu niet alleen als consument mee bezig te zijn, maar ook achter de schermen een rol te hebben.”

Het Museum Rijswijk was net overgestapt van een bestuursmodel naar een raad van toezichtmodel. “De hele Raad van Toezicht was nieuw, dus we konden samen de sfeer bepalen en ontwikkelden een eigen vergadermodus.” Ze was niet zenuwachtig: “Ik had me voorgenomen alles te vragen wat ik niet weet en dat doe ik nog steeds.”

Dat alle vergaderstukken nog per post komen is wel een beetje ouderwets.

Een frisse blik

Volgens Jasmijn is het juist de rol van de jonge toezichthouder om vragen te stellen die de meer ervaren leden misschien voor lief nemen. “Het goed kunnen beoordelen van bijvoorbeeld een jaarrekening is noodzakelijk voor alle toezichthouders, dan is het belangrijk om alle ins en outs te weten.” Bij sommige onderwerpen wordt er juist nadrukkelijk naar haar gekeken: wat vindt de jonge generatie hiervan? “Ik kijk bijvoorbeeld graag Instagram Stories van musea en vind het belangrijk dat het museum toegankelijk communiceert.”

Ook Arif ziet het voordeel van zijn relatieve jeugdigheid: “Ik kom als dertigjarige met een frisse blik, die iets kan inbrengen, bijvoorbeeld als het gaat om nieuwe technologieën. Ik hou erg van podcasts, dat kan een goede manier zijn om een jonger publiek te bereiken.” Hij gniffelt: “En dat alle vergaderstukken nog per post komen is natuurlijk ook wel een beetje ouderwets.”

Toch zou je ook niet alleen maar jonge mensen in je RvT moeten hebben, denkt Jasmijn. “Het is een grote verantwoordelijkheid, dus je hebt zeker ook mensen met veel ervaring nodig. Een raad van toezicht vol twintigers of dertigers lijkt me geen goed idee. Maar één iemand met een frisse blik kan een enorme meerwaarde zijn.”

Het beeld is: toezichthouden doe je als je vijftig bent en heel ervaren.

Toezichthouden aan het begin van je carrière

Waarom zijn er dan zo weinig jonge toezichthouders? Jasmijn: “Ik denk vooral dat veel jonge mensen niet weten dat het kan.” Ze had er zelf ook nog nooit over nagedacht voordat ze naar die bijeenkomst van Cultuur+Ondernemen ging. Als ze er andere jonge mensen over vertelt, raken ze vaak enthousiast. “Het beeld is: toezichthouden doe je als je vijftig bent en heel ervaren.”

Juist aan het begin van je carrière kan je er veel aan hebben, vinden de twee jonge toezichthouders. Arif: “Als accountant keek ik alleen naar financiën, naar de cijfers onder de streep. Nu leer ik veel strategischer te denken: wat speelt er binnen de organisatie? Jasmijn: “Bij grote wijzigingen in het personeelsbestand denken wij mee over een verstandige en toekomstbestendige keuze.”

Juist als jong lid is het belangrijk heel betrokken te zijn. Ze missen geen vergadering en komen naar borrels om de medewerkers van de organisatie te ontmoeten. Jasmijn: “Ik loop ook regelmatig rond in het museum om de sfeer te proeven en volg ik de lokale en nationale ontwikkelingen op kunst- en cultuurbeleid”. Deze ervaring brengt ze mee in de vergaderingen. “Ieder lid van de RvT brengt een eigen expertise mee, bij mij is dat stakeholdermanagement en politiek.”

Hebben zij nog een tip voor jonge toezichthouders in spe?

Arif: “Blijf veel gesprekken voeren met de raadsleden, ook buiten de vergadering”.

Jasmijn: “Laat je niet afleiden door het beeld dat je misschien hebt van zo’n toezichthoudersrol, maar benut je eigen professionele expertise.”

* Onderzoek diversiteit cultuursector, Ape - Onderzoek en Advies, 14 september 2018.